RikenMon's natuurgids uitleg over zoogdieren zoeken.

Zo zoek je zoogdieren op RikenMon's natuurgids.


Alle zoogdieren hebben een harige vacht ook al lijkt het soms erg glad zoals bij een zeehond of vleermuis. De jongen worden levend gebaard (dus geen ei) en gezoogd, vandaar de naam. De mens is het meest voorkomende zoogdier op aarde.


Op de zoekpagina (Klik op het hertje) staan links de uiterlijke kenmerken en rechts gedragskenmerken die je kunt waarnemen in de natuur. Voor elk kenmerk, behalve kleur, kan 1 keuze worden gemaakt. Je kunt meerdere kenmerken kiezen, de keuze is te zien boven het kenmerk. Het resultaat is meteen te zien in de foto’s onder de kenmerken.
logo Met een klik op de foto wordt de betreffende detailpagina geopend. logo
logo Door te klikken op het sterretje wordt de keuze ongedaan gemaakt, dit geldt voor elk zoekkenmerk.

Grootte

Zoogdieren hebben wel heel verschillende maten, individuele dieren kunnen afwijken van het gemiddelde en zijn er grote verschillen in sexes. Daarom vergelijken we met dieren die iedereen wel kent. Op de detailpagina staan de maten; krl is kop-romp lengte; sl is staartlengte; sh is schoft-of schouderhoogte; soms wordt de totale hoogte gegeven, th. Staat toch het dier dat je zoekt er niet tussen probeer dan eens een maatje groter of kleiner.

Vorm

We gaan uit van wat je kunt zien, niet van wetenschappelijke regels en afspraken. Met knaagdieren bedoelen we de kleine dieren die vooral gras en planten lijken te eten. Hertachtigen zijn die dieren die rank op hun poten staan, soms een gewei dragen, dus ook de bokken. En snel wegrennen voor roofdieren. Die hebben sterke poten en kaken om te kunnen rennen en vlees te verscheuren. Paardachtigen lijken op een paard door hun loop en beweging. Ook de zwijnen zijn door hun vorm goed herkenbaar. Dan zijn er nog de anders gevormden die als enige overeenkomst hebben dat ze niet op de vorig genoemden lijken zoals de vleermuizen, olifanten en waterzoogdieren.

Kleur

Zoogdieren zijn minder kleurig dan andere dieren, met zwart, grijs, wit en een heleboel tinten bruin zijn we er wel. Bovendien is soms het verschil tussen bruin zwart en grijs moeilijk te bepalen en kunnen er binnen de soort verschillen zijn. Toch kan het helpen bij de keuze en zijn er meerdere keuzes mogelijk.

Staart

Een damhert heeft een korte harige staart, een woelrat heeft een lange kale staart. Er kan maar 1 keuze gemaakt worden, dus kort of harig en lang of kaal. Op de detailpagina zie je wel beide opties. Een lange staart is als deze voorbij het gat komt, een korte staart doet dat dus niet. Een harige staart is helemaal bedekt met haar, op een kale staart is vlezig met eventueel wel donshaartjes of een flosje aan het eind. En soms is er geen staart te zien.

Voorpoot

Sommige dieren zijn zo handig met hun voorpoten die lijken op mensenhanden met vingers. De meeste roofdieren hebben tenen met zachte zolen en nagels. De hertachtigen en paardachtigen hebben hoeven, dus verharde zolen.

Kop

Lange haren op de hals noemen we manen, als ze onder de kin hangen is het een sik. Harde uitsteeksels op de kop zijn hoorns of gewei, ook als er een vel over zit zoals bij de giraffe of als er elk jaar nieuwe komen. Sommige dieren hebben opvallend grote oren ten opzichte van het hoofd, als ze goed zichtbaar zijn noemen we het grote oren.

Tekening

Als de huid duidelijk getekend is onderscheiden we stippen, strepen en vlekken.




Sociaal

Sommige dieren zie je altijd alleen, andere juist met meerdere. Maar binnen de soort kan dit verschillen op basis van sexe en leeftijd. Alleen is solitair, samen is kudde/groep.

Vaardigheid

De vleermuis is het enige vliegende zoogdier, er zijn echter wel een aantal die kunnen zweven, die vaardigheid noemen we ook vliegen. Bijna alle dieren kunnen zwemmen, maar veel mijden het water liever. Anderen gaan graag te water en zoeken er ook hun voedsel zij gebruiken de vaardigheid zwemmen. De mol leeft voornamelijk onder de grond hij is dan ook een goeie graver. Niet elke holbewoner maakt zijn eigen hol, velen gebruiken oude holen van anderen. De vaardigheid graven betekent dat ze zelf hun hol graven. Klimmen is een vaardigheid om boven in een boom te kunnen komen, maar ook Gemzen klimmen, maar dan op rotsen.

Voedsel

Veel zoogdieren slaan op de vlucht zodra ze mensen zien, rustig eten is er dan vaak niet bij. Toch willen we wel vermelden welke dieren voornamelijk vlees eten en dus carnivoren zijn. Welke een voorkeur hebben voor planten en bomen, de herbivoren en welke dieren graag van beide proeven de omnivoren. Niet alle dieren die wetenschappelijk onder de roofdieren (carnivora) vallen eten ook vlees. En soms eet een carnivoor ook wel eens zaden omdat er voedsel te kort is of gras omdat de maag geïrriteerd is. Zo eet ook menig herbivoor gewoon een insect mee als die op zijn eten zit, daar wordt hij nog geen alleseter van.

Habitat

Ook wel leefomgeving genoemd is de plek waar het zoogdier graag verblijft omdat daar zijn voedsel te vinden is of zijn nest te maken is. Veel dieren leven in verschillende omgevingen, kies voor de omgeving waar je het dier gezien hebt. Op de detailpagina zie je waar het dier zich nog meer thuis voelt.